bij nader inzien soms akelig

Marjan Waanders is een begaafd keramiste en vanaf begin jaren tachtig werkzaam. Zij betrekt sinds 1993 een studio op de Haagweg 4 in Leiden. Haar werk is in diverse technieken en bijbehorende stijlen uitgewerkt in series. Die inhoudelijk niet verwante series hebben elk hun eigen idioom. Er is de vroege serie gestileerde Koppen, ooit een dertigtal, inmiddels bijna uitverkocht. Er zijn series getiteld Organen, Artefact en Morandi. Er zijn de vrolijk ogende assemblages van soms brokstukken gerecupereerd porselein, de serie Fragmenten. Het zijn verhalende beelden, surreëel, zonder het bijbehorende verhaal. Beesten, honden en katten, een konijn en een poolbeer, allerlei menselijke figuren, een jongetje wegzakkend in een kei, madonna’s en een Christus aan het kruis met bovenop huisdieren.

Het is alsof de oorspronkelijke verering een tweede leven krijgt. De herkomst uit het tweedehands circuit als het afval van memorabilia én de combinatie van meerdere beelden in één geeft het een emotionele meerwaarde. Een merkwaardige verschuiving van context ontstaat.

Worden de series ononderbroken afgewerkt of ontstaan deze door elkaar heen?

Ik werk aan de series in klei vorm gegeven lang achter elkaar door. Maar werk in de serie Fragmenten, die kunnen tussen door, want die zijn experimenteel in opzet, ik probeer dingen uit, stapel elementen en zet ze bij elkaar enzovoort. Mijn eerste werken waren afgietsels in oplage van details van plastic kopjes en plastic speelgoed afgegoten en gebruikt als decoratie op schalen, erop en erin. Bijvoorbeeld een hertje met beharing in de hals wat apart wordt afgegoten en vermenigvuldigd om als rand bovenop een schaal te functioneren. Het oorspronkelijke beeld verandert van context. Later is dat de werkwijze bij de Fragmenten geworden, brokstukken die met elkaar in combinatie een nieuw verhaal oproepen.

Die vroege serie Koppen/Innerlijk Landschap toont architectuur en natuur en het hoofd. Het hoofd is als de sokkel van fantasie, het lijkt identiteitsloos, Modigliani–achtig. Uit het hoofd groeien takken en gebouwen. Het beeld zit in en op het hoofd.

Een opmerkelijke serie werken ontstond naar aanleiding van de stillevens van de schilder Giorgio Morandi (1890–1964). De bewondering is vertaald in klei. Het is een omkering terug in het oorspronkelijke materiaal van het geschilderde stilleven. Kommen, vazen, flessen en andere minimale vormen uit aardewerk zijn in elkaar versmolten, gestold tot de iconische rust die bij Morandi geschilderd is.

Ik zag van die films uit Italië in vijftiger jaren, van die trage ouwehoer films. Daarin waren echte schilderijen van Morandi te zien, het klikte meteen. In Den Bosch heb ik later een show van het werk gezien. Het is een krankzinnig onderwerp, krankjorum en tegelijk zo verdicht en rustig.

Aan de latere serie Organen wordt sinds een tiental, hooguit twaalf jaar gewerkt. Het zijn fake ingewanden, gedeeltelijk vanuit een medische fascinatie ontstaan, Marjan Waanders werkte in de opleiding verpleegkunde als sociale vaardigheidstrainer. Het contact met de menselijke anatomie en fysiologie heeft indruk gemaakt. Bij haar ontstonden beelden van hoe mensen er van binnen uit zien.

Dat het ook stuk kan als binnen in je lijf de kanker zwelt. Ook om die angst te bezweren en daar controle over te krijgen maakte ik ingewanden. De oppervlakte is met speciale rubber stempels bewerkt. Het zijn fantasie organen, soms onschuldig zoals een komvorm-achtig ding met een holletje en knus daarin een los stukje darm. Om het er een beetje gezellig uit laten zien.

Marjan Waanders lacht vrolijk en soms alsof ze niet geheel serieus genomen wil worden. Ik vraag naar de uit Organen voort gekomen serie getiteld Artefact, mede interessant vanwege de link naar volkenkundige voorwerpen. In de archeologie is artefact de benaming voor een door mensen vervaardigd voorwerp. Kunstmatig gemaakt. Dubbelzinnig, hoe kan een artefact ge-faked worden. Een vals artefact? Hier is sprake van ironie. Het schijnen en lijken op de authentieke volkenkundige objecten wordt in de serie getoond, en authenticiteit bevraagd.

Archeologie is ooit begonnen als een fantasie wetenschap in de negentiende eeuw. Mijn artefacten ontstonden mede als vervolg op de Organen. Mislukte artefacten lijken het wel, soms koddig. Het begon met de serie gebouwen die in een houtoven gestookt werd. Het resultaat was alsof het werk was opgegraven. Dat voedde de gedachte aan de ouderdom van mysterieuze vormen in gebakken klei. Verval kan dus aantrekkelijk zijn.

Zoals in de serie Death By accident/ Pompeï? Het toont het ontzielde lichaam, maar ook vers, nee in een verkrampte houding.

Het ziet er eng uit. Zo is het beeld van de dood. Ik zag de lijken van Pompeï, het afgietsel van een hond en het beeld van een dood kindje door de lucht vliegend, een slachtoffer na de Tsunami in een massagraf geworpen. Horror bestaat uit rottigheid waar je toch naar kan kijken, dat is het. Soms ontroerd het werk de mensen, een prima effect.

Mijn werk is verhalend, oppervlakkig gezien zelfs decoratief maar bij nader inzien soms akelig. Het is ook ironisch opgevat, maar mensen nemen het letterlijk. Opmerkelijk zijn de reacties op de serie Pompeï ook Death by Accident getiteld. Zolang men een slapend meisje ziet is er niks aan de hand. Als ze snappen dat ze dood is vinden ze het niks meer. De serie heb ik ook wel eens getiteld Tijdelijk Bestaan i.p.v. Death by Accident, maar het helpt niet.

Marjan Waanders lacht opnieuw.

Ik voel me een dilettant zoals Lodewijk de 14e, die een begaafd balletdanser was, maar tegelijk een dilettant, onbetaald. Die term stamt van hem af. Ik heb mijn werk ontwikkeld als niet betaald werk, dat gaf me de vrijheid om precies te doen wat ik wil.

Allart Lakke, 2013.